Wat kan ik doen?

5 STAPPEN VOOR BESPREEKBAAR MAKEN ZELFMOORD IN HET ONDERWIJS

Zelfmoord is één van de belangrijkste doodsoorzaken onder jongeren. Met name onder homo-, lesbische en bi-jongeren komen zelfmoordgedachten en pogingen schrikbarend vaak voor. Veel jongeren die zelfmoordgedachten hebben of zelfmoord plegen, zijn niet in behandeling en hebben niet de kans gehad om samen met een hulpverlener of specialist te zoeken naar een andere oplossingen dan de dood. Vaak merken leerkrachten, maar ook begeleiders en hulpverleners die in het onderwijs werken het echter niet wanneer een leerling overweegt een einde aan zijn of haar leven te maken, want praten over zelfmoordgedachten is taboe. 113Online wil dat taboe doorbreken en komt daarom met de nieuwe handreiking ‘Als ik kan zeggen wat ik denk’, die speciaal gericht is op professionals in het onderwijs.

Juist binnen het onderwijs liggen veel kansen om deze jongeren te steunen en hun isolement te doorbreken en te zorgen dat ze hulp zoeken. Door te signaleren, met ze te praten, te verwijzen en samen te werken met hulp binnen en buiten het onderwijs, zoals bijvoorbeeld de huisarts of GGZ.

5 STAPPEN

In het concrete stappenplan is te lezen hoe docenten, mentoren, maatschappelijk werkers, pedagogen, zorgcoördinatoren of directie van de school een gesprek kunnen voeren met een leerling of student over zelfmoordgedachten en zelfmoordplannen.

Het stappenplan bestaat uit 5 concrete stappen die je kunt zetten:

1. HERKEN DE SIGNALEN VAN ZELFMOORDGEDACHTEN BIJ EEN LEERLING OF STUDENT.

Zulke signalen zijn bijvoorbeeld:

Somberheid,
Afzondering,
Luidruchtig aanwezig zijn,
Absentie zonder duidelijke reden,
Verminderende schoolprestaties,
Plotselinge veranderingen in gedrag of gevoel,
Vage of concrete uitspraken die op suïcidaliteit zouden kunnen duiden,
Verbetering van stemming die te mooi is om waar te zijn als gevolg van een genomen besluit om uit het leven te stappen,
Afscheid nemen door persoonlijke spullen weg te geven,
Niet goed voor zichzelf zorgen.
Het stappenplan duidt erop dat deze signalen aspecifiek zijn. Dat wil zeggen dat ze op zelfmoordgedachten kunnen duiden, maar ook op andere problemen, zoals depressie of verdriet.

2. MAAK JE VERMOEDENS BESPREEKBAAR.

Ga een gesprek aan vanuit nieuwsgierigheid en betrokkenheid:

Onderzoek wat er aan de hand is,
Realiseer je dat praten over zelfmoord geen suggestie tot zelfmoord geeft. Je brengt iemand niet op het idee door ernaar te vragen,
Besef dat een leerling zich kan schamen voor zijn of haar zelfmoordgedachten,
Structureer het gesprek:
vraag eerst open hoe het gaat,
benoem de signalen die je hebt gezien,
geef aan dat je je zorgen maakt en vraag door naar wat er aan de hand is,
vraag of de leerling wel eens aan zelfmoord denkt,
als een leerling aan zelfmoord denkt, vraag dan verder naar deze gedachten. Hoe vaak? Zijn er al plannen? Hoe concreet zijn die dan? Is er al een datum geprikt? Maar ook: door welke problemen heeft de leerling deze gedachten? Wat zou de dood daarin veranderen? Vermijd het woord “waarom”, omdat dat kan suggereren dat je oordeelt,
geef de leerling het gevoel dat je ziet hoe moeilijk hij of zij het heeft en bevestig dat je zijn of haar wanhoop ziet. Laat weten dat deze gedachten niet gek zijn,
vertel dat je mee wilt denken over andere opties dan zelfmoord,
verwijs naar hulp.
Beloof nooit om niets door te vertellen. In de eerste plaats wordt daarmee voorkomen dat de leerkracht of hulpverlener in een lastige situatie komt omdat het geheim simpelweg te groot is om te dragen. Daarnaast zijn gedachten aan zelfmoord te ernstig om geheim te houden. Stimuleer de leerling dan ook om er ook met anderen over te praten. Als iemand al bezig is met een poging of dit op zeer korte termijn wil doen, schakel dan hulp in. Als je gevraagd wordt om het geheim te houden, licht dan toe waarom je dat niet kunt doen. Bied nogmaals aan samen op zoek te gaan naar andere oplossingen. Bespreek het gesprek ook na met een collega of een zorgmedewerker.

3. WIJS DE WEG NAAR HULP.

Daarbij maak je onderscheid tussen wat je doet bij concrete zelfmoordplannen en situaties waarin er wel zelfmoordgedachten zijn, maar geen concrete plannen.

Bij concrete plannen:

Geef aan dat zelfmoord weliswaar een oplossing is, maar wel een definitieve. Er is geen weg terug. Bied aan mee te willen denken over andere oplossingen.
Bespreek verschillende opties en voor ze uit:
verwijs binnen de school door, zonder dat de leerling zich door jou afgewezen voelt,
vind een manier om de ouders te betrekken, bij voorkeur samen met de leerling,
breng de huisarts of crisisdienst op de hoogte. Laat de leerling bellen of zoek samen contact,
als de leerling niet meewerkt, maak je duidelijk dat je je zorgen maakt en het belangrijk vindt om hulp in te schakelen. Wil de leerling het dan alsnog niet, dring dan nog een keer aan en geef aan welke stappen jij gaat nemen,
Bel 112 als je denkt dat de leerling kort na jullie gesprek een poging tot zelfmoord wil gaan doen,
Blijf indien mogelijk bij de leerling en schakel hulp in.
Wanneer er wel gedachten zijn, maar geen plannen:

laat de leerling vertellen over waarom hij dood wil,
toon je waardering voor het feit dat hij of zij er zo open over praat, zeg dat je de wanhoop ziet en samen op zoek wil naar hulp. Vraag om de instemming van de leerling daarbij,
bespreek de eerste mogelijke vervolgstappen, zoals een afspraak maken met de huisarts, contact opnemen met de behandelaar van de leerling (wanneer die er al is), samen ouders op de hoogte brengen, of steun zoeken bij anderen zoals familie, vrienden, buren of een dienst als 113online.
Ook geeft de richtlijn tips over het op de hoogte brengen van ouders bij zowel minder- als meerderjarige leerlingen.

4. EVALUEER HET GESPREK

Dat doe je zowel met de leerling als student, als met je team en leidinggevende. Maak met de leerling ook afspraken over het vervolg.

5. WAT DOE JE NA EEN ZELFMOORD OF EEN POGING DAARTOE?

Doe een zelfmoordpoging niet af als een schreeuw om aandacht,
bespreek de situatie met medeleerlingen. Het stappenplan biedt daartoe ook aanknopingspunten en richtlijnen,
beperk imitatiegevaar door een genuanceerd beeld van de leerling die het betreft te geven,
benoem zelfmoord, maar speculeer niet over de oorzaak,
zorg voor de groep, maar ook voor de individuele leerling,
zorg voor de docenten.

FLOWCHARTS

Bij de handreiking zijn flowcharts beschikbaar waarin in één oogopslag te zien is er gedaan kan worden als scholieren of studenten gedachten aan zelfmoord hebben of als je vermoedt dat leerlingen of studenten een poging overwegen. Lees alles over de handreiking op 113 zelfmoordpreventie.

Referentie

Op maandag volgde ik de indrukwekkende training Suïcide bij Paul van Hoek. Twee dagen later kon ik het geleerde meteen in praktijk brengen. En waar ik voorheen omzichtig naar woorden zou gaan zoeken, kon ik vanuit de ervaring van de training heel eenvoudig woorden geven aan mijn gedachten. Doordat ik op een rustige manier zelfdoding en haar wens daarin benoemde, merkte ik dat moeder het zware onderwerp iets kon bespreken. Het klinkt misschien raar maar ik was zo blij en zelfverzekerd in het voeren van dit gesprek. Voor mij voelde het dat ik wezenlijk deel uit kon maken van de belevingswereld van moeder en dochter. 


Rebecca van den Broek, Gezinsbegeleider Sherpa

 

 

 

google.png    twitter.pngfacebook.png linkedin.png

Paul van Hoek advies en training in de sociaal psychiatrische zorg

024 - 388 15 82     ln.keohnavluap@liam